San Francisco, een 'gay Mekka' zonder sauna's en darkrooms


Ik ging erheen met het gevoel een nieuwe wereld te veroveren, misschien wel een nieuw leven te beginnen. San Francisco staat bekend als een mecca van alternatief leven, net als Amsterdam, met een liberaal beleid voor drugs, homoseks en wat daar bij hoort. In januari 1999 vertrok ik voor een half jaar van homostudies aan de Universiteit van Amsterdam naar "Queer Studies" aan City College in San Francisco om daar les te geven. Van een gevoel van stagnatie dat ik in Amsterdam had naar een gevoel van een wereld die voor me open lag in Californië.

Ik had een slechte start. Toen ik wegging, had mijn geliefde een zware griep. Een dag na mijn aankomst lag ik eenzaam en alleen met dezelfde ziekte in bed. Het huurhuis van m'n ruilpartner lag op de begane grond van een fraai maar somber Victoriaans pand aan een drukke straat, in een leuke maar "gevaarlijke" buurt van Latino's, de Mission. De inrichting van het huis was ouderwets en weinig comfortabel. Van de vijf kamers deelde ik er twee met een huisgenoot die een logeerkamertje helemaal voor zich alleen had terwijl ik over een slaapkamer en kantoor kon beschikken. De gemeenschappelijke voorkamer gebruikte de huisgenoot zo nu en dan om opnames voor pornofilms te maken terwijl hij weinig voortgang boekte met een puzzel die de tafel in de eetkamer bedekte. Ik leerde hem snel af zijn afwas langdurig in de gootsteen te laten staan. Hij was me voorgeschoteld als een aardige man van mijn leeftijd. Onze verhouding begon vriendelijk maar kende vervelende dieptepunten die de verhouding in Amsterdam tussen mijn man en mijn ruilpartner zwakjes weerspiegelden want daar liepen de spanningen nog hoger op. Neem nooit een onbekende "roommate". In San Francisco had ik te maken met een nationalist die woedend werd toen ik zijn Amerikaanse burgerschap in twijfel trok wat me zeer bevreemdde van een man die "vieze" porno maakte. In Amsterdam had mijn geliefde te maken met een fundamentalistische jood die als "queer" onbegrijpelijkerwijs juist anti-fundamentalisch was.

M'n eerste bezoek aan City College was een afknapper. Ik kreeg een kantoor dat ik met vier mensen moest delen terwijl een halfhoog muurtje onze kippenruimte afscheidde van een klaslokaal waar de ganse dag computercolleges werden gegeven. De campus van City College lag in een lelijke buurt maar de vele jongens van alle etnische variaties die er rondliepen, waren een genoegen voor het oog. Erg homovriendelijk leken ze me niet te zijn. Vaak zou ik niet van hun aanblik genieten, want mijn kantoor hield ik na die eerste keer voor gezien.

De colleges die ik zou geven, vonden plaats in de avonduren in de gebouwen van een openbare school vlakbij de hoofdstraat van de nichten, de Castro, op rand van de Mission. Overdag zaten er Latino-tieners, 's avonds waren er de colleges van City College dat de homocursussen verzorgt daar waar de homo's zitten, de colleges voor Latino's midden in de Mission en die voor Aziaten in China- en Japantown. In één van de leslokalen waar ik les gaf stond een vogelkooi met luidruchtige parkieten die vrij konden rondvliegen. In de boekenkast stond een grijs lesboekje over Nederland dat stamde uit de vroege jaren zestig met een hoog gehalte dijken, polders, klompen en tulpen. Een andere les gaf ik in het muzieklokaal tussen een piano en de jurken van de koorknapen. Het was een mooi maar vervallen schoolgebouw waar mijn studenten soms op kinderstoelen moesten zitten en waar de gangen behangen waren met politiek correcte mededelingen tegen geweld en racisme en met positieve boodschappen, ook over homo's en lesbo's.

Ik had gedacht op een soort universiteit terecht te komen maar City College houdt het midden tussen een hogeschool en een volksuniversiteit. De meeste studenten hadden niet de wens om door te stromen naar het prestigieuze Berkeley of San Francisco State University (dat kan wel), maar kwamen uit leergierigheid. Dat levert niet de slechtste studenten op. Het doel van de colleges was zoiets als algemene vorming. Ze hadden daarvoor in mij als Europeaan een goede docent maar helaas trok ik weinig studenten gezien de eenkennigheid van de meeste Amerikanen. Ze horen liever over de bekende dan over een nieuwe weg. Uiteindelijk had ik drie kleine klasjes van 5 tot 15 studenten. Om het geld hoefden ze het niet te laten; een collegeserie aan City College kost ongeveer 75 gulden.

De studenten waren na de eerste les uitsluitend homo's en lesbo's. De eerste week mogen ze overal een kijkje nemen, en zo had ik in een cursus over "seksuele perversies" maar liefst twee heteromeisjes die vanwege hun vele homovriendjes meer wilden weten over homoleven. Of Plato's pederastie en Sade's masochisme daartoe de beste opstap waren, waagde ik te betwijfelen. Mijn gedegen inleiding bezorgde een leerlesbienne een stuiplach: serieuze wetenschap aan City College! De cursus over perversies moest ik afblazen bij gebrek aan belangstelling want het ene meisje keerde niet terug terwijl het andere met baby op schoot verdwaasd naar mij luisterde. Verder was er een "hetero"-jongen die op man-naar-vrouw transgenders viel. Kennelijk iets erfelijks, want zijn moeder viel op nichten, begreep ik.

De lessen liepen naar wens. Libertaire opvattingen over pedofilie en kritische noten over jongensbesnijdenis verbaasden de studenten. Hun vielen de schellen van de ogen toen ze in een artikel lazen dat de Nederlandse politie homomannen op hun ontmoetingsplaatsen beschermt en niet vervolgt zoals in San Francisco. Een vrouw organiseerde na het college bij haar thuis een sexparty voor potten: mijn lessen leidden tenminste tot één concreet resultaat.

Behalve lessen heb ik ook her en der lezingen gedaan waarbij ik San Francisco en Amsterdam of Nederland en de VS vergeleek. Mijn conclusie was niet erg vriendelijk voor San Francisco. Voor mijn vertrek dacht ik, zo luidde mijn opening, dat vooral het klimaat verschilde tussen beide steden, maar dat de seksuele cultuur veel overeenkomst vertoonde. Het tegendeel bleek waar. San Francisco is een koude en vochtige stad waar het halve jaar een zeemist hangt en de dagen dat de zon er schijnt, steekt steevast een koude zeewind op die de warmte finaal verdrijft. In de herfst schijnt het wel eens aardig weer te zijn maar toen was ik alweer weg -- naar een warme zomer in Europa. De seksuele cultuur verschilt ondanks het liberale beeld dat wij van de stad hebben, juist sterk van de Amsterdamse. In San Francisco zijn sauna's, donkere kamers en de seksuele pleziertjes van parken en pisbakken verboden. Aan de leeftijdsgrenzen (18 jaar voor seks en 21 voor toegang tot horeca met alcohol) houdt de homowereld strikt de hand omdat ze kennelijk de zorgen van rechts Amerika om de "onschuldige" kinderziel deelt. Voor vrijwel alle homobars zitten portiers leeftijden te controleren. Het enige geluid van protest dat ik tijdens mijn verblijf vernam, was van een nicht die omgang, en niet eens seks, met een 17-jarige jongen had gehad en als "kinderverkrachter" was opgepakt. De jongen had uit wanhoop over zijn leeftijd gelogen want hij wilde dolgraag bij een homowereld horen die hem de toegang weigerde.

Niet alle seks is evenwel verboden. Naast de disco's om te dansen en de bars om te zuipen en kletsen zijn er clubs zoals Eros, Blowbuddies en Powerhouse voor de seks. Het zijn grote en goed verlichte gelegenheden waar alle seks publiek is want je kunt je er niet terugtrekken in een hokje met een slot erop. Dat is verboden want het zou een uitnodiging tot onveilige seks zijn. De baas van de club wordt geacht regelmatig alle hoeken en gaten te controleren op onveilige praktijken. Met hun oplettende uitbaters bieden deze gelegenheden een schone en veilige omgeving voor seks. Alcohol is er verboden maar meestal krijg je gratis water en condooms. Blowbuddies is perfect ingericht voor pijpen terwijl Powerhouse zich richt op wilde en polyseksuele vormen van seks. In de eerste club kun je een spoelmiddel krijgen om na gedane zaken je mond te reinigen en zijn er handdouches voor je geslacht. Naast de clubs bestaat er een circuit van feesten die min of meer privé zijn en soms speciale thema's hebben zoals onbeschermd neuken, in de plaatselijke homotaal barebacking genoemd. Verder zijn er video-arcades en seksshops die gelegenheid bieden. Op de prachtige maar vaak mistige plaatsen voor buitenseks zoals Land's End en het Buena Vista Park loop je het risico op de bon geslingerd te worden.

De eerste keer dat ik San Francisco bezocht, was tijdens de zwarte dagen van de aids-epidemie in 1985. Toen was het voor een kort bezoek, nu voor een verblijf van een half jaar. Toen was de Castro een stervende straat, nu is het een toeristische trekpleister. Bij een eerste bezoek is het opwindend: twee blokken met vrijwel uitsluitend homocommercie. Maar bij volgende bezoeken gingen cadeauwinkels, modezaken, lunchgelegenheden en restaurants, het halve dozijn bars, de twee coffeeshops (geen drugs), bioscoop, de ene boekwinkel en de twee seksshops en wat algemene voorzieningen me behoorlijk vervelen. Om de hoek op de Marktstraat zijn nog een paar zaken zoals leerwinkels en sportscholen maar die veranderen weinig aan het uiterlijk van de nichtenbuurt als een saaie winkelstraat in een buitenwijk. Het enige bijzondere is dat er vrijwel uitsluitend nichten en potten rondlopen.

De klachten over het bestand bezoekers onder nichten zelf zijn legio. Die betreffen vooral de eenzijdige samenstelling: welgestelde witte homomannen van middelbare leeftijd. Voor andere groepen is de Castro intussen te duur geworden. Hippe jongeren trekken naar de Mission, lesbiennes zitten in die buurt langs de Valencia en ten zuiden daarvan op de Bernal Heights of zelfs helemaal aan de overzijde van de baai in Oakland. De leerjongens dreigen uit hun verlaten industriebuurt langs de Folsom te worden verdreven door de oprukkende "gentrification" van de stad. De Folsom grenst aan het stadscentrum net als de Polkstraat waar nog steeds een handvol schandknapen op leeftijd zijn diensten aanbiedt aan een bejaard publiek. In de rest van de stad zie je wel regelmatig nichten, zoals in het centrum of langs de Haight, maar daar beheersen hetero's het straatbeeld. Die zijn niet altijd netjes opgevoed en kunnen openlijke homo's behoorlijk uitschelden zoals ik twee keer ervoer. Zelfs op de Castro zijn de nichten niet veilig want opgeschoten jongens uit stad en omgeving gaan wel eens uit poten rammen in het homowijkje. Het gratis homoweekblad de Bay Area Reporter bericht vrijwel wekelijks over zulke incidenten in het homomekka, evenals over de voortdurende jacht van de politie op hoeren van beiderlei kunne en hun klanten.

Vooral in het weekend is het druk op de Castro. Homotoeristen uit de hele wereld maar vooral uit de VS lopen er dan hand in hand gelukkig te zijn. Ze hebben helaas niks om heen te lopen want het buurtje mist een natuurlijk centrum zoals een plein, warenhuis, markt, homomuseum, kerk. Het naar de vermoorde homowethouder Harvey Milk genoemde minipleintje op de hoek van Castro en Marktstraat waar een reusachtige regenboogvlag in de eeuwige wind wappert, is meer een duister rommelhoekje dan een dynamisch centrum. Het was op een zaterdagavond het toepasselijke eindpunt voor een demonstratie in verband met een homomoord in Texas. De provinciale nichten die zelf een goede kans lopen met zulk geweld te maken te krijgen, keken stijf de andere kant op. Op hun gay tour hadden ze wel iets vrolijkers aan hun hoofd dan demonstreren op een duister pleintje tegen de misère thuis.

San Francisco zelf heeft wel een centrum met een plein, warenhuizen en wolkenkrabbers maar daar is het winkelaanbod zo middelmatig dat een nichtentoerist beter een echte stedelijke bestemming kan kiezen zoals Los Angeles of New York. Het verbaasde me dat een stad die zelf zo'n hoge dunk van haar gay gehalte heeft, zo weinig investeert in homowereld en -toerisme. Het "lesbian, gay, bisexual and transgender" (LGBT) verzamelgebouw dat tussen centrum, Castro en Mission aan de Marktstraat moet komen, zo ongeveer onder een autobaan op poten, stond er nog verloren en verlaten bij toen ik er was. Ik vrees dat het nooit veel bijzonders zal worden gezien de hokjesgeest die in homopolitiek San Francisco bestaat. Elke club en lobbygroep zal er een kantoor krijgen, maar ze zijn vast niet in staat samen iets voor de "community" op te bouwen waar bezoekers op af zullen komen. Een dynamisch cultureel centrum of een museum zal het niet worden ondanks de rijkdom van de nichten in de stad. In dat opzicht zouden de LGBT-ers een voorbeeld kunnen nemen aan hun collega's in Los Angeles en New York waar zulke instellingen dynamische centra van de homowereld zijn.

Het beste dat San Francisco een toerist te bieden heeft zijn haar heuvels, Victoriaanse huizen, bruggen en baai. En wanneer je een stuk verder gaat de grootse verlatenheid van het achterland, met de oceaankust, bossen, bergen en woestijnen en roemruchte plekken zoals Big Sur, Pebble Stone Beach, Monterey, Bolinas, Point Reyes, Yosemite, Sonoma wijnland en Silicon Valley. Voor zulke reizen heb je wel een auto nodig want per fiets of openbaar vervoer zijn ze vrijwel onbereikbaar. De VS is een autocultuur. Ik ging per trein naar Portland, een mooie reis van duizend kilometer. In twee dagen boemelt deze "sneltrein" van Seattle naar Los Angeles; met een hogesnelheidstrein zou het in acht uur gepiept zijn.

De Castro verveelde me al gauw maar leuker waren de rommelbars langs de Folsom, vooral de Hole in the Wall en My Place. Na een week had ik een mooie stadsfiets met veel versnellingen voor de heuvels gekocht. Op m'n rode ros fietste ik naar alle uithoeken en gaten van de stad, vooral op zoek naar boeken en kleren. Die kleren vielen al snel af. Mode bestaat in San Francisco nauwelijks, vrijwel iedereen kleedt zich er "casual" wat wil zeggen hoogst onmodieus. Te korte of te wijde broeken, afzakkende broeken, t-shirts met stomme reclameteksten en vaak kapotte of vieze kleren. Er zijn heel veel tweedehands winkels waar je rommelkleren kunt kopen maar van echte mode zijn de nichten in San Francisco slecht voorzien. Als er al iets moois was, kon je er donder op zeggen dat het voor minder dan de helft van de prijs in de uitverkoop ging bij gebrek aan lokale belangstelling.

De zoektocht naar boeken was heel wat bevredigender vooral omdat de meeste homo- en homostudiesboeken net zo gauw in antiquariaten als in de gewone boekwinkel lagen. Betaal je in Nederland een extra hoge prijs voor boeken uit de VS, ter plekke vind je ze vaak met grote kortingen. Er waren zeker tien prettige antiquariaten met een grote voorraad die snel werd vernieuwd. Het nadeel is dat het vooral om Engelstalige boeken gaat die nooit erg oud zijn. Veel geschiedenis heeft San Francisco niet en dat is in de boekwinkels te merken. De lokale homoboekwinkel Different Light is een regelrechte ramp. Het is meer een ontmoetingspunt op de Castro waar mensen een kopje koffie drinken, wat door boeken heen bladeren, misschien een geil blaadje of boekje kopen. Tot mijn verrassing vond ik er winkeldochters die al 15 jaar in de kast stonden, maar sommige pas verschenen boeken arriveerden er nooit. Nieuwe boeken kon je beter direct kopen want stonden ze wat langer in de winkel, dan kreeg je er gratis ezelsoren en vetvlekken bij. Een bestelling die ik plaatste, werd niet uitgevoerd. Toen ik er drie maand later naar vroeg, zeiden ze dat ze me net hadden willen bellen om te vragen of ik het boek nog wel wilde.

Daarentegen kan de stad wel bogen op de aanwezigheid van één van de beste homo-antiquariaten ter wereld, Bolerium. Het is een zaak van twee anarchistische hetero-heren die zich naast homostudies specialiseren op arbeiders-, zwarten- en vrouwenbeweging. Ze zitten op de Mission in een bedrijfsverzamelgebouw met meer antiquariaten die ik gek genoeg helemaal nooit bezocht, te begerig kennelijk naar hun homoboeken. De vraag ernaar is in de VS groot, heel anders dan in Europa, vooral vanwege universiteitsbibliotheken die geconfronteerd worden met een vraag van studenten- en docentenzijde naar zulke werken die ze vroeger nooit kochten, waarschijnlijk eerder weggooiden. Daarom kan Bolerium hoge prijzen vragen, al helemaal wanneer het om niet-Engelstalige boeken gaat. Een handige jongen kan wat bijverdienen door oude homoboeken uit Europa naar Bolerium te slepen en daar te verkopen. Ik heb in Europa boeken gekocht voor nog geen 100 gulden die daar voor 2500 dollar van de hand gingen. Vrijwel gratis boekenlijsten van het Homodok staan voor 15 dollar in hun catalogus. Het beste deel van hun collectie bestaat uit Engelstalig materiaal vanaf de jaren vijftig. Ze hebben krantjes van de homobeweging, porno- en studieboeken, romans, gestencilde scripties, folders, manuscripten. Bolerium is een labyrint waar ik vele uurtjes doorbracht en stapels boeken vandaan sleepte.

Ik vertrok naar San Francisco in de verwachting misschien een nieuw leven te beginnen. Het liep op een teleurstelling uit. De twijfels die ik al voor mijn vertrek over de VS koesterde, werden alleen maar versterkt: over seksuele politiek, homoleven, vluchtigheid, racisme, doodstraf, armoede. De vooroordelen die ik koesterde, waren minder misplaatst dan ik had gehoopt. De nieuwe start waarnaar ik uitzag, kreeg ik niet in San Francisco, maar in Amsterdam. Ik keerde verheugd terug naar het oude Europa en de mooie jongens aan de Amstel. Het was een bevrijding om na een half jaar San Francisco op een zonnige en warme dag het Damrak op te lopen en te verdwijnen in een massa mooie mannen. Een illusie armer, een ervaring rijker en met een liefde die door scheiding en in tegenspoed alleen maar was gegroeid.